Uber, de taxi- en ritdeeldienst, is in heel Duitsland verboden door een rechtbank in Frankfurt. De rechtbank zei dat het bedrijf niet over de nodige wettelijke vergunningen beschikte om volgens de Duitse wet te opereren en kreeg vorige week via een kort geding te horen dat het geen passagiers meer mocht vervoeren en een boete zou krijgen als het dat wel zou doen.
Volgens de BBC is de uitspraak een tijdelijk verbod, dus deze situatie kan op een later tijdstip veranderen als er een vervolghoorzitting wordt gehouden.
Uber is een bedrijf waarmee passagiers auto’s kunnen oproepen met hun smartphone. De Uber-app berekent vervolgens het tarief tijdens de rit en brengt automatisch de creditcard van de passagier in rekening, wat vaak veel goedkoper is dan traditionele taxidiensten.
Als gevolg hiervan is Uber dit jaar herhaaldelijk bekritiseerd vanwege het creëren van oneerlijke concurrentie, waarbij rivaliserende taxibedrijven beweerden dat ze zich aan meer regels moeten houden dan Uber, waardoor ze de prijzen van het in San Francisco gevestigde bedrijf niet kunnen evenaren.
In juni kreeg Uber te maken met mogelijke juridische stappen van de Londense transportautoriteiten, maar TFL besloot de zaak niet voort te zetten. Uit protest brachten zwarte taxichauffeurs het verkeer tot stilstand en beweerden dat de berekeningsmethode van Uber inbreuk maakte op hun recht om de enige metergebruiker in Londen te zijn. Het is momenteel illegaal voor particuliere voertuigen om te worden uitgerust met meters onder de Private Hire Vehicles Act 1998.
In een gesprek met The Guardian zei de burgemeester van Londen, Boris Johnson, dat het “moeilijk” voor hem zou zijn om Uber te verbieden “zonder het risico van rechterlijke toetsing”, maar dat hij sympathie heeft voor het probleem waarmee taxichauffeurs worden geconfronteerd.
